Marokko: enkele feiten
Officiële naam: Koninkrijk Marokko Hoofdstad: Rabat
Monarch: Mohammed VI Inwonertal: 32,7 m
Munteenheid: Marokkaanse Dirham
Officiële taal: Arabisch
Monarch: Mohammed VI Inwonertal: 32,7 m
Munteenheid: Marokkaanse Dirham
Officiële taal: Arabisch
Het land
Marokko ligt in het Westen van Afrika en grenst aan de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. Het meest noordelijke punt is over de straat van Gibraltar slechts 12 km van Spanje verwijderd. Momenteel is koning Mohammed VI aan de macht. In tegenstelling tot veel andere Arabische landen is er in Marokko geen 'Arabische lente' uitgebroken. De koning heeft nochtans nog steeds veel macht, maar ook veel aanzien.
De bevolking
De officiële taal van Marokko is Arabisch. Een grote minderheid spreekt daarentegen geen Arabisch, maar Berbers. Berbers zijn de oorspronkelijke inwoners van het gebied en een groot deel van hen is nooit gearabiseerd. Zij leven vooral in de bergstreken. Op het platteland en in de steden wordt meer Arabisch gesproken.
Islam is de staatsgodsdienst van Marokko, maar er is ook een kleine Christelijke en Joodse minderheid. De Christelijke minderheid is voor een groot deel een restant uit de tijd dat Marokko een Franse en Spaanse kolonie was.
Geschiedenis
De Berbers vormen de oorspronkelijke bevolking van Marokko. Het woord berber is afgeleid van het Griekse "barbaroi" en het latere Romeinse "barbari", dat minachtend voor vreemdelingen werd gebruikt (zie ons woord "barbaren").
De Berbers hebben met vele vreemde machten te maken gehad. Al voor onze jaartelling waren het de Feniciërs, die langs de kust van de Middellandse Zee handelsposten stichtten. Aan het eind van de 1e eeuw v. Chr. werd Marokko deel van het Romeinse Rijk. In de eeuwen daarna volgden de Vandalen en de Byzantijnen.
Aan het einde van de 7de eeuw rukten de Arabieren vanuit het oosten op. Aanvankelijk konden de Berbers zich met succes verdedigen, maar uiteindelijk werden ze onderworpen. De Arabieren bekeerden hen tot de islam en namen de Berbers op in de legers die Spanje veroverden.
In de 8ste eeuw ontstond in Marokko de eerste islamitische staat onder sultan Moulay Idriss. Zijn zoon, Idriss II, stichtte de stad Fès en maakte het de hoofdstad van zijn rijk. Daarna zou de hoofdstad —onder verschillende dynastieën— nog vele malen wijzigen.
De Almoravieden maakten Marrakech de hoofdstad, hun opvolgers (de Almohaden) vonden Rabat daarvoor beter geschikt. Daarna werd Fès opnieuw hoofdstad, om die titel korte tijd af te staan aan het naburige Meknès. De Fransen maakten in 1912 Rabat de hoofdstad van het protectoraat Marokko. Zo spreken we dus uiteindelijk van de vier 'koningssteden'.
Onder de Almohaden (1147-1258) breidde het Marokkaanse rijk enorm uit: behalve Marokko zelf omvatte het Algerije, Tunesië, Libië en grote delen van Spanje en Portugal.
Daarna raakte het rijk in verval, maar er brak een nieuwe bloeitijd aan nadat de laatste moslims uit Spanje waren verdreven (1492).
Marokko profiteerde van de toevloed van Moren en Joden die Spanje waren ontvlucht. Het rijk breidde naar het zuiden uit, maar het noorden viel ten prooi aan de Portugezen en de Spanjaarden.
De onafhankelijkheid van Marokko kwam pas in gevaar nadat de Fransen in 1830 Algerije waren binnengevallen.
Marokko steunde het Algerijnse verzet en daarom voerde het Franse leger een strafexpeditie uit tegen de Marokkanen. In 1844 werd het Marokkaanse leger verslagen.
Intussen had Spanje de hele noordelijke kuststrook van Marokko bezet. In 1904 werden Frankrijk en Spanje het eens over een verdeling van de invloedssferen. Behalve het noorden kreeg Spanje zeggenschap over een zuidelijk gebied dat bekend werd als de Spaanse Sahara (nu: Westelijke Sahara).
De Marokkanen kwamen massaal in opstand tegen de Franse en Spaanse overheersing. Pas in 1934 had Frankrijk het gebied onder controle, maar het streven naar onafhankelijkheid hebben de Marokkanen nooit opgegeven.
Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog raakte de kwestie van de onafhankelijkheid tijdelijk op de achtergrond, maar al meteen na de oorlog werd een politieke partij opgericht (de Istiqlal) die streefde naar onafhankelijkheid.
De partij werd gesteund door sultan Mohammed V, die steeds vaker weigerde Franse maatregelen te bekrachtigen. Dat vond Frankrijk zo lastig, dat de sultan in 1953 werd afgezet en verbannen.
Twee jaar later besloot Frankrijk af te zien van zijn aanspraken op Marokko en mocht de sultan terugkeren. Op 2 maart 1956 werd het land onafhankelijk. Spanje weigerde twee noordelijke enclaves —Ceuta en Melilla— en de Spaanse Sahara op te geven.
In 1957 nam sultan Mohammed V de titel van koning aan, waardoor Marokko een koninkrijk werd. Vier jaar later overleed de koning; hij werd opgevolgd door zijn zoon Hassan II.
In de eerste jaren na de onafhankelijkheid was de binnenlandse situatie nogal verward.
De leden van de Istiqlal waren niet zo eensgezind als voor de onafhankelijkheid en de beweging viel uiteen in een traditionele stroming en een linkse partij onder leiding van Mahdi ben Barka.
Daarnaast kwam er een koningsgezinde partij —deMouvement Populaire— die vooral op het platteland veel aanhang kreeg.
Koning Hassan trok steeds meer macht naar zich toe. Dat leidde in 1965 tot een opstand van studenten inCasablanca. Bij de rellen werden zo'n honderd demonstranten gedood. Hassan ontbond daarop het parlement en kondigde de noodtoestand af. Politieke vrijheden werden aan banden gelegd.
De absolute monarchie tijdens het bewind van Hassan II is indringend beschreven in het boek Een bevriend staatshoofd van de Franse journalist Gilles Perrault (Ambo, 1992).
Tot twee keer toe is Hassan ontsnapt aan een aanslag op zijn leven. In 1971 werd zijn paleis in Rabat bestormd door opstandelingen; een jaar later werd het koninklijke vliegtuig beschoten. Beide pogingen tot staatsgreep kwamen voort uit het leger.
Omdat hij niet meer kon rekenen op de absolute steun van het leger, zocht Hassan naar een manier om het volk aan zich te binden. Die vond hij in het "marokkaniseren" van de economie. Hij nationaliseerde buitenlands grondbezit en verdeelde die onder kleine boeren.
Vervolgens leidde hij de aandacht af van binnenlandse problemen door aanspraken te maken op de Spaanse Sahara.
Spanje legde de kwestie voor aan het Hooggerechtshof in Den Haag. Dat erkende de historische banden tussen Marokko en de Spaanse Sahara, maar bepaalde tevens dat de Saharaanse bevolking het recht had om in een referendum over de eigen toekomst te beslissen.
Nog dezelfde dag kondigde Hassan de "Groene Mars" aan. Meer dan 300.000 Marokkanen trokken in november 1975 de Sahara binnen, gewapend met niet meer dan een foto van de koning en de koran.
Het jaar daarop werd het gebied verdeeld: tweederde ging naar Marokko, eenderde naar Mauritanië.
De bewoners van het gebied, de Sahrawi, kwamen in opstand. De bevrijdingsbeweging Polisario eiste onafhankelijkheid. Het Marokkaanse leger voerde een jarenlange oorlog tegen Polisario.
Deze oorlog leidde tot slechte verhoudingen met Algerije, Mauritanië en Libië die Polisario steunden. Ook stapte Marokko uit de Organisatie van Afrikaanse Eenheid, omdat die een zetel toekende aan Polisario als officiële vertegenwoordiging van de Westelijke Sahara.
In het midden van de jaren tachtig leed Marokko zware verliezen in de strijd tegen Polisario. Daarop legde Hassan de kwestie opnieuw voor aan de VN. De VN hield vast aan een referendum, Marokko wilde zijn soevereiniteit niet opgeven.
De kwestie is nog steeds niet opgelost: beide partijen kunnen het niet eens worden over de voorwaarden voor een referendum. Intussen klaagt Polisario dat steeds meer Marokkanen zich in het gebied vestigen met als enig doel een beslissende stem te hebben in een eventueel referendum. Geen enkel land ter wereld erkent de Marokkaanse annexatie van de Westelijke Sahara.
In Marokko worden verkiezingen gehouden, maar de politiek wordt vooral bepaald door de koning. Dat was onder Hassan II het geval en dat is niet anders onder zijn opvolger Mohammed VI, die in 1999 op de troon kwam na de dood van Hassan.
Bij zijn aantreden zei Mohammed dat hij voorstander was van hervormingen en democratisering. Al in de eerste anderhalf jaar van zijn bewind bleek, dat de vernieuwingen ook grenzen kenden: een al te kritische legerkapitein werd tot vijf jaar cel veroordeeld, twee weekbladen en een tv-zender die aandacht besteedden aan Polisario werden verboden, een hongerstaking van werkloze artsen werd met geweld beëindigd, de leider van de Marokkaanse Associatie voor Mensenrechten werd gearresteerd, en het hoofd van het Franse persbureau AFP werd het land uitgezet.
(Bron:http://www.voorbeginners.info/marokko/geschiedenis-1.htm)
Marokko ligt in het Westen van Afrika en grenst aan de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. Het meest noordelijke punt is over de straat van Gibraltar slechts 12 km van Spanje verwijderd. Momenteel is koning Mohammed VI aan de macht. In tegenstelling tot veel andere Arabische landen is er in Marokko geen 'Arabische lente' uitgebroken. De koning heeft nochtans nog steeds veel macht, maar ook veel aanzien.
De bevolking
De officiële taal van Marokko is Arabisch. Een grote minderheid spreekt daarentegen geen Arabisch, maar Berbers. Berbers zijn de oorspronkelijke inwoners van het gebied en een groot deel van hen is nooit gearabiseerd. Zij leven vooral in de bergstreken. Op het platteland en in de steden wordt meer Arabisch gesproken.
Islam is de staatsgodsdienst van Marokko, maar er is ook een kleine Christelijke en Joodse minderheid. De Christelijke minderheid is voor een groot deel een restant uit de tijd dat Marokko een Franse en Spaanse kolonie was.
Geschiedenis
De Berbers vormen de oorspronkelijke bevolking van Marokko. Het woord berber is afgeleid van het Griekse "barbaroi" en het latere Romeinse "barbari", dat minachtend voor vreemdelingen werd gebruikt (zie ons woord "barbaren").
De Berbers hebben met vele vreemde machten te maken gehad. Al voor onze jaartelling waren het de Feniciërs, die langs de kust van de Middellandse Zee handelsposten stichtten. Aan het eind van de 1e eeuw v. Chr. werd Marokko deel van het Romeinse Rijk. In de eeuwen daarna volgden de Vandalen en de Byzantijnen.
Aan het einde van de 7de eeuw rukten de Arabieren vanuit het oosten op. Aanvankelijk konden de Berbers zich met succes verdedigen, maar uiteindelijk werden ze onderworpen. De Arabieren bekeerden hen tot de islam en namen de Berbers op in de legers die Spanje veroverden.
In de 8ste eeuw ontstond in Marokko de eerste islamitische staat onder sultan Moulay Idriss. Zijn zoon, Idriss II, stichtte de stad Fès en maakte het de hoofdstad van zijn rijk. Daarna zou de hoofdstad —onder verschillende dynastieën— nog vele malen wijzigen.
De Almoravieden maakten Marrakech de hoofdstad, hun opvolgers (de Almohaden) vonden Rabat daarvoor beter geschikt. Daarna werd Fès opnieuw hoofdstad, om die titel korte tijd af te staan aan het naburige Meknès. De Fransen maakten in 1912 Rabat de hoofdstad van het protectoraat Marokko. Zo spreken we dus uiteindelijk van de vier 'koningssteden'.
Onder de Almohaden (1147-1258) breidde het Marokkaanse rijk enorm uit: behalve Marokko zelf omvatte het Algerije, Tunesië, Libië en grote delen van Spanje en Portugal.
Daarna raakte het rijk in verval, maar er brak een nieuwe bloeitijd aan nadat de laatste moslims uit Spanje waren verdreven (1492).
Marokko profiteerde van de toevloed van Moren en Joden die Spanje waren ontvlucht. Het rijk breidde naar het zuiden uit, maar het noorden viel ten prooi aan de Portugezen en de Spanjaarden.
De onafhankelijkheid van Marokko kwam pas in gevaar nadat de Fransen in 1830 Algerije waren binnengevallen.
Marokko steunde het Algerijnse verzet en daarom voerde het Franse leger een strafexpeditie uit tegen de Marokkanen. In 1844 werd het Marokkaanse leger verslagen.
Intussen had Spanje de hele noordelijke kuststrook van Marokko bezet. In 1904 werden Frankrijk en Spanje het eens over een verdeling van de invloedssferen. Behalve het noorden kreeg Spanje zeggenschap over een zuidelijk gebied dat bekend werd als de Spaanse Sahara (nu: Westelijke Sahara).
De Marokkanen kwamen massaal in opstand tegen de Franse en Spaanse overheersing. Pas in 1934 had Frankrijk het gebied onder controle, maar het streven naar onafhankelijkheid hebben de Marokkanen nooit opgegeven.
Door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog raakte de kwestie van de onafhankelijkheid tijdelijk op de achtergrond, maar al meteen na de oorlog werd een politieke partij opgericht (de Istiqlal) die streefde naar onafhankelijkheid.
De partij werd gesteund door sultan Mohammed V, die steeds vaker weigerde Franse maatregelen te bekrachtigen. Dat vond Frankrijk zo lastig, dat de sultan in 1953 werd afgezet en verbannen.
Twee jaar later besloot Frankrijk af te zien van zijn aanspraken op Marokko en mocht de sultan terugkeren. Op 2 maart 1956 werd het land onafhankelijk. Spanje weigerde twee noordelijke enclaves —Ceuta en Melilla— en de Spaanse Sahara op te geven.
In 1957 nam sultan Mohammed V de titel van koning aan, waardoor Marokko een koninkrijk werd. Vier jaar later overleed de koning; hij werd opgevolgd door zijn zoon Hassan II.
In de eerste jaren na de onafhankelijkheid was de binnenlandse situatie nogal verward.
De leden van de Istiqlal waren niet zo eensgezind als voor de onafhankelijkheid en de beweging viel uiteen in een traditionele stroming en een linkse partij onder leiding van Mahdi ben Barka.
Daarnaast kwam er een koningsgezinde partij —deMouvement Populaire— die vooral op het platteland veel aanhang kreeg.
Koning Hassan trok steeds meer macht naar zich toe. Dat leidde in 1965 tot een opstand van studenten inCasablanca. Bij de rellen werden zo'n honderd demonstranten gedood. Hassan ontbond daarop het parlement en kondigde de noodtoestand af. Politieke vrijheden werden aan banden gelegd.
De absolute monarchie tijdens het bewind van Hassan II is indringend beschreven in het boek Een bevriend staatshoofd van de Franse journalist Gilles Perrault (Ambo, 1992).
Tot twee keer toe is Hassan ontsnapt aan een aanslag op zijn leven. In 1971 werd zijn paleis in Rabat bestormd door opstandelingen; een jaar later werd het koninklijke vliegtuig beschoten. Beide pogingen tot staatsgreep kwamen voort uit het leger.
Omdat hij niet meer kon rekenen op de absolute steun van het leger, zocht Hassan naar een manier om het volk aan zich te binden. Die vond hij in het "marokkaniseren" van de economie. Hij nationaliseerde buitenlands grondbezit en verdeelde die onder kleine boeren.
Vervolgens leidde hij de aandacht af van binnenlandse problemen door aanspraken te maken op de Spaanse Sahara.
Spanje legde de kwestie voor aan het Hooggerechtshof in Den Haag. Dat erkende de historische banden tussen Marokko en de Spaanse Sahara, maar bepaalde tevens dat de Saharaanse bevolking het recht had om in een referendum over de eigen toekomst te beslissen.
Nog dezelfde dag kondigde Hassan de "Groene Mars" aan. Meer dan 300.000 Marokkanen trokken in november 1975 de Sahara binnen, gewapend met niet meer dan een foto van de koning en de koran.
Het jaar daarop werd het gebied verdeeld: tweederde ging naar Marokko, eenderde naar Mauritanië.
De bewoners van het gebied, de Sahrawi, kwamen in opstand. De bevrijdingsbeweging Polisario eiste onafhankelijkheid. Het Marokkaanse leger voerde een jarenlange oorlog tegen Polisario.
Deze oorlog leidde tot slechte verhoudingen met Algerije, Mauritanië en Libië die Polisario steunden. Ook stapte Marokko uit de Organisatie van Afrikaanse Eenheid, omdat die een zetel toekende aan Polisario als officiële vertegenwoordiging van de Westelijke Sahara.
In het midden van de jaren tachtig leed Marokko zware verliezen in de strijd tegen Polisario. Daarop legde Hassan de kwestie opnieuw voor aan de VN. De VN hield vast aan een referendum, Marokko wilde zijn soevereiniteit niet opgeven.
De kwestie is nog steeds niet opgelost: beide partijen kunnen het niet eens worden over de voorwaarden voor een referendum. Intussen klaagt Polisario dat steeds meer Marokkanen zich in het gebied vestigen met als enig doel een beslissende stem te hebben in een eventueel referendum. Geen enkel land ter wereld erkent de Marokkaanse annexatie van de Westelijke Sahara.
In Marokko worden verkiezingen gehouden, maar de politiek wordt vooral bepaald door de koning. Dat was onder Hassan II het geval en dat is niet anders onder zijn opvolger Mohammed VI, die in 1999 op de troon kwam na de dood van Hassan.
Bij zijn aantreden zei Mohammed dat hij voorstander was van hervormingen en democratisering. Al in de eerste anderhalf jaar van zijn bewind bleek, dat de vernieuwingen ook grenzen kenden: een al te kritische legerkapitein werd tot vijf jaar cel veroordeeld, twee weekbladen en een tv-zender die aandacht besteedden aan Polisario werden verboden, een hongerstaking van werkloze artsen werd met geweld beëindigd, de leider van de Marokkaanse Associatie voor Mensenrechten werd gearresteerd, en het hoofd van het Franse persbureau AFP werd het land uitgezet.
(Bron:http://www.voorbeginners.info/marokko/geschiedenis-1.htm)
Een leuke site met toegankelijke informatie over Marokko vinden jullie via volgende link:
|
Bezienswaardigheden
Het is onmogelijk om alle bezienswaardigheden van Marokko hier op te sommen. Maar om jullie toch al een idee te geven van wat Marokko te bieden heeft, kunnen jullie hieronder terecht!
Het is onmogelijk om alle bezienswaardigheden van Marokko hier op te sommen. Maar om jullie toch al een idee te geven van wat Marokko te bieden heeft, kunnen jullie hieronder terecht!
Marrakech
Een van de meest bekende Marokkaanse steden is Marrakech (مراكش). Marrakech is gelegen in het westen van Marokko. Het is een van de vier koningssteden van Marokko (de andere drie zijn Fez, Meknes en Rabat). De stad heeft een ideale ligging op de vruchtbare Haouzvlakte aan de voet van het Hoge Atlas gebergte. Een bezoek aan Marrakech is ook perfect te combineren met een tocht door de woestijn of een dagje aan zee.
Een van de trekpleisters van de stad zelf is het Djemaa el Fna plein. 's Ochtends kan je er naar een typische Marokkaanse markt met verse groenten en fruit, allerlei kruiden, parfums... In de namiddag verandert het plein in een scène van 1001 nacht, met zijn slangenbezweerders, muzikantien, verhalenvertellers, acrobaten, waterverkopers enzo... Tot in de vroege uurtjes blijft er een aangenaam chaotische sfeer hangen op het plein. En wie even wil uitrusten kan dit in een van de cafés of restaurants rond het plein.
Net als in andere islamitische steden vind je in Marrakech enkele mooie moskeeën terug. De bekendste is de Koutoubiyya moskee. Het meest opvallende onderdeel is de minaret die dateert van de 12e eeuw. Leuk om te weten is dat deze minaret als voorbeeld heeft gediend voor de Giralda moskee in Sevilla en zo ook voor de bouw van vele kerktorens in Spanje en Oost-Europa.
Een van de trekpleisters van de stad zelf is het Djemaa el Fna plein. 's Ochtends kan je er naar een typische Marokkaanse markt met verse groenten en fruit, allerlei kruiden, parfums... In de namiddag verandert het plein in een scène van 1001 nacht, met zijn slangenbezweerders, muzikantien, verhalenvertellers, acrobaten, waterverkopers enzo... Tot in de vroege uurtjes blijft er een aangenaam chaotische sfeer hangen op het plein. En wie even wil uitrusten kan dit in een van de cafés of restaurants rond het plein.
Net als in andere islamitische steden vind je in Marrakech enkele mooie moskeeën terug. De bekendste is de Koutoubiyya moskee. Het meest opvallende onderdeel is de minaret die dateert van de 12e eeuw. Leuk om te weten is dat deze minaret als voorbeeld heeft gediend voor de Giralda moskee in Sevilla en zo ook voor de bouw van vele kerktorens in Spanje en Oost-Europa.
Een interessante reportage van Eén ('Leven als een koning in Marokko') over Marrakech vind je via volgende link:
|
Fez
Fez (فاس) is de derde grootste stad van Marokko en net als Marrakech een van de vier koningssteden. Deze stad bestond oorspronkelijk uit 2 steden die later zijn samengevoegd. Deze twee steden vormen de 'oude' stad die gekenmerkt wordt door de vele kleine straatjes en steegjes. Daarnaast is er ook een modern gedeelte dat later gebouwd werd en het uitzicht heeft van een 'Europese' stad. In de oude stad kan je niet met de auto rijden, de nieuwe wel. Dit geeft de oude stad natuurlijk een authentiek karakter. De stad staat bekend om zijn gekleurde leren huiden en mozaïeken. Een leuk artikel over de stad vind je hier:
Een leuk artikel over de stad vind je hier:
Een interessante reportage van Eén ('Leven als een koning in Marokko') over Fez vind je via volgende link: |
Meknes
Meknes (مكناس) is ook een koningsstad van Marokko. Ze is kleiner dan de Fez en Marrakech, maar daarom niet minder een bezoekje waard. Het oudste gebouw is de Madrasa bou Inania (المدرسة أبو عنانية). Zoals de naam al doet vermoeden is het een school die genoemd is naar Abou Inania. Ze dateert uit de 14e eeuw en ze is een prachtig architecturaal pareltje.
Een interessante reportage van Eén ('Leven als een koning in Marokko') over Meknes vind je via volgende link:
|
Rabat
De laatste Marokkaanse stad die we hier gaan bespreken is Rabat (الرباط). Op deze plaats is reeds sinds de Romeinse tijd een vestiging terug te vinden, maar pas tijdens het Frans protectoraat in 1912 werd het de hoofdstad van Marokko. Na de onafhankelijkheid is dit zo gebleven.
Een van de belangrijkste bezienswaardigheden in Rabat is de Kasbah (قصبة). Het is de burcht die diende ter bescherming van de stad en dateert van de 12e eeuw. Ze heeft een prachtige toegangspoort en idyllische steegjes.
Een van de belangrijkste bezienswaardigheden in Rabat is de Kasbah (قصبة). Het is de burcht die diende ter bescherming van de stad en dateert van de 12e eeuw. Ze heeft een prachtige toegangspoort en idyllische steegjes.
De Nederlandse film Rabat is een roadmovie. In de film maken drie vrienden per auto een reis door Nederland, België, Frankrijk, Spanje en dan met de veerpont naar Marokko. Er wordt zowel Marokkaans Arabisch als Nederlands gesproken.
|
Je kan de film online bekijken via deze link
|
Ook Jan Leyers kwam op zijn 'Weg naar Mekka' langs Marokko. Benieuwd naar zijn verhalen? Klik dan op de link hiernaast:
|
Marokkaanse muziek
Net zoals in de meeste Arabische landen, wordt er ook in Marokko veel naar muziek geluisterd. Er zijn heel wat traditionele artiesten, maar ook moderne muziek is populair. Een popsoort die vaak in Marokko wordt gehoord, is de raï. Aan het begin van de twintigste eeuw spelen herders in Algerije, nabij de liberale en losbandige stad Oran, melancholieke fluitmuziek om de tijd te doden, waarbij ze continu raï roepen, wat zoiets als 'naar mijn mening' betekent. De hoeren in de stad pikken de muziek al snel op om hun eigen sores mee te bezingen. Dit tot onvrede van de autoriteiten, die nog eens in grootte toeneemt als een hele generatie jongeren zich over de muziek ontfermt. Met elektrische gitaren, synthesizers en beatboxen bezingen jongens (chebs) en meisjes (chaba's) alles wat officieel in de doofpot moet blijven en bereiken daar ware sterstatus mee. De cassettebandjes met hun raï vinden in de jaren zeventig en tachtig tot ver buiten het land afname, en vooral ook in Marokko. Met dit commerciële succes ontwikkeld zich ook een meer romantisch ingestelde vorm van raï, die van iedere vorm van protest gespeend is. Ondanks dat lanceert de Algerijnse Islamitische partij een campagne tegen het genre. Als Algerijnse fundamentalisten dan ook nog eens aan het liquideren slaan van raï-kopstukken, duikt het genre zelf terug naar de underground, terwijl het merendeel van op de dodenlijst staande sterren de wijk naar Parijs neemt. In die stad zal het genre zich verder ontwikkelen en tevens van invloed zijn op Franse popmuziek, traditionele muziek, rap, r&b en hiphop. Raï wordt in de jaren negentig bijzonder populair onder Marokkaanse immigrantenkinderen, wat in veel West-Europese landen tot eigen scenes leidt, waaronder Nederland.
Een artiest bekende artiest die raï muziek maakt is Cheb Khaled. Hij is van oorsprong Algerijn, maar hij heeft lang in Marokko gewoond. Zijn muziek is enorm populair in Marokko en sommige liedjes zijn ook een hit geworden in het Westen, zoals Aïcha.
Hieronder kan je het waarschijnlijk meest bekende nummer van Cheb Khaled beluisteren:
Net zoals in de meeste Arabische landen, wordt er ook in Marokko veel naar muziek geluisterd. Er zijn heel wat traditionele artiesten, maar ook moderne muziek is populair. Een popsoort die vaak in Marokko wordt gehoord, is de raï. Aan het begin van de twintigste eeuw spelen herders in Algerije, nabij de liberale en losbandige stad Oran, melancholieke fluitmuziek om de tijd te doden, waarbij ze continu raï roepen, wat zoiets als 'naar mijn mening' betekent. De hoeren in de stad pikken de muziek al snel op om hun eigen sores mee te bezingen. Dit tot onvrede van de autoriteiten, die nog eens in grootte toeneemt als een hele generatie jongeren zich over de muziek ontfermt. Met elektrische gitaren, synthesizers en beatboxen bezingen jongens (chebs) en meisjes (chaba's) alles wat officieel in de doofpot moet blijven en bereiken daar ware sterstatus mee. De cassettebandjes met hun raï vinden in de jaren zeventig en tachtig tot ver buiten het land afname, en vooral ook in Marokko. Met dit commerciële succes ontwikkeld zich ook een meer romantisch ingestelde vorm van raï, die van iedere vorm van protest gespeend is. Ondanks dat lanceert de Algerijnse Islamitische partij een campagne tegen het genre. Als Algerijnse fundamentalisten dan ook nog eens aan het liquideren slaan van raï-kopstukken, duikt het genre zelf terug naar de underground, terwijl het merendeel van op de dodenlijst staande sterren de wijk naar Parijs neemt. In die stad zal het genre zich verder ontwikkelen en tevens van invloed zijn op Franse popmuziek, traditionele muziek, rap, r&b en hiphop. Raï wordt in de jaren negentig bijzonder populair onder Marokkaanse immigrantenkinderen, wat in veel West-Europese landen tot eigen scenes leidt, waaronder Nederland.
Een artiest bekende artiest die raï muziek maakt is Cheb Khaled. Hij is van oorsprong Algerijn, maar hij heeft lang in Marokko gewoond. Zijn muziek is enorm populair in Marokko en sommige liedjes zijn ook een hit geworden in het Westen, zoals Aïcha.
Hieronder kan je het waarschijnlijk meest bekende nummer van Cheb Khaled beluisteren:
(Bron: http://www.muziekencyclopedie.nl/action/genre/Marokko)
Een artikel over Marokkaanse muziekstijlen vind je via volgende link:
|
Marokkaanse keuken
Hieronder vinden jullie een presentatie met enkele kenmerken van de Marokkaanse keuken:
Hieronder vinden jullie een presentatie met enkele kenmerken van de Marokkaanse keuken:
Een leuke site vol heerlijke recepten vinden jullie via volgende link:
En ik zou zeggen: smakelijk! |
Zomercursus Arabisch
Een van de beste manieren om Arabisch te leren is natuurlijk ter plekke gaan. Een leuke manier om zowel lessen met een aangenaam verblijf te combineren is door een zomercursus te volgen. Je hebt dan vaak ook de mogelijkheid om je verblijf door te brengen bij een gastgezin. Zo leer je intensief Arabisch, alsook vele andere aspecten van de samenleven. Er zijn in Marokko verschillende instituten die een zomercursus aanbieden.
Een Nederlandstalig instituut in Marokko dat o.a. zomercursussen aanbiedt is het NIMAR. Het is gelegen in Rabat, de hoofdstad van Marokko. Een link naar de website vind je hieronder. Je kan ook altijd extra informatie vragen via 'contact'.
Een Nederlandstalig instituut in Marokko dat o.a. zomercursussen aanbiedt is het NIMAR. Het is gelegen in Rabat, de hoofdstad van Marokko. Een link naar de website vind je hieronder. Je kan ook altijd extra informatie vragen via 'contact'.